Rompvorm en Blok: verschil tussen pagina's

Uit EurosWiki
(Verschil tussen pagina's)
k
 
 
Regel 1: Regel 1:
__notoc__
+
Een '''blok''' is een object waarmee de richting waarin een [[lijn]] loopt kan worden veranderd met minder weerstand dan een simpel oog. Het bestaat uit een of meerdere ronde '''schijven''' tussen platen. Die platen heten '''wangen'''. Soms heeft een blok een verdikt pinnetje onder de schijven om een lijn aan vast the knopen. Dit heet een '''hondsvot'''.
De '''rompvorm''' (of '''spantvorm''') van een schip is de vorm van de romp. Deze wordt meestal afgebeeld als een dwarsdoorsnede ter hoogte van [[kiel]] of mid[[zwaard]].  
 
  
De hoofdgroep rompvormen bestaat uit:
+
Er zijn vele soorten blokken:
* Knikspant
+
*enkelvoudig: 1 schijf tussen 2 wangen
* Multiknikspant
+
*dubbel: 2 schijven tussen 3 wangen
* Rondspant
+
*drievoudig: 3 schijven tussen 4 wangen
* S-spant
+
*schildpadblok: een blok dat plat op een oppervlak (meestal het dek of een [[rondhout]] gemonteerd kan worden
Uiteraard bestaan er vele combinaties van bovenstaande basis rompvormen.
+
*vioolblok: twee schijven in hetzelfde vlak tussen 2 wangen. Voor een [[schoot|grootschoot]] of [[bulletalie]] gebruik je altijd een vioolblok.
 +
*klapblok: een enkelvoudig blok waarvan een van de wangen open kan klappen. Dit is handig voor [[barberhaulers]] van de [[spinnaker]].
 +
*hakblok: Een blok met een uitsteeksel. Op dit uitsteeksel kan met een [[Enkhuizer slag]] een lijn worden belegd. De [[Ebenhaezer]] heeft een hakblok voor de [[schoot|fokkeschoot]].
 +
*organizer: een aantal schijven in een vlak die plat gemonteerd kunnen worden. In wezen een meervoudig schilpadblok. Meestal wordt deze gebruikt om de [[val|vallen]] netjes naar achter te geleiden.
 +
*ratelblok: een blok dat in 1 richting blokkeerd. Je zou een [[lier]] ook een ratelblok kunnen noemen, maar meestal ziet het uit als een enkelvoudig blok. Dit wordt wel gebruikt om het trimmen van de [[fok]] lichter werk te maken.
  
== Knikspant ==
+
De weerstand die een lijn ondervindt wanneer die door een blok loopt, is de soms van de vervorming van de lijn en de wrijving van de schijf. Een lijn die door een blok loopt is recht wanneer die aankomt, heeft op de schijf de kromtestraal van de schijf plus de helft van de dikte van de lijn en is weer recht wanneer die het blok verlaat. Onafhankelijk van de hoek waarover de looprichting van de lijn wordt afgebogen door het blok, moet de lijn dus evenveel vervormen. De vervorming is omgekeerd evenredig met de straal van de schijf plus de halve lijndikte. De vervormingsweerstand is bij benadering:<math>F_v=\frac{c_1 R_l^2}{R_s} </math> waar <math>c_1</math> een coefficient is die van de lijn afhangt, <math>R_l</math> is de straal van de lijn en <math>R_s</math> is de straal van de schijf. Je ziet dat de dikte van de lijn nogal veel uitmaakt. Een dunnere lijn gaat veel soepeler.
Met een '''knikspant''' wordt een boot bedoeld die een [[rompvorm]] heeft waarin meerdere knikken zichtbaar zijn. Tussen de knikken zitten (bijna) vlakke platen. Dit zie je het duidelijkst in de vorm van de [[spant]]en, vandaar de naam.
 
  
Een knikspant heeft als voordeel dat het materiaal tussen de knikken alleen de vorm in de lengterichting van het schip hoeft te volgen (enkelvoudige kromming, dus geen [[intrinsieke kromming]]). Bij bekende bootbouw materialen als hout en staal scheelt dit het maken van lastige krommes. Houten en stalen schepen zijn om deze reden vrijwel altijd gebouwd met een (multi)knikspant rompvorm.
+
De wrijving van de schijf is evenredig aan de sinus van de helft van de hoek, de kracht en de wrijvingscoefficient. De wrijvingscoefficient is te verkleinen door de lagers van het blok te verbeteren. Een gekogellagerd blok zal minder wrijving hebben dan een blok met alleen glijlagers.
  
Bij het gebruik van glasvezel- of koolstofmatten is een knik alleen maar lastig en krijgen ronde vormen juist de voorkeur.
+
[[categorie:bootonderdeel]]
 
 
== Multiknikspant ==
 
Een multiknikspant is een laatste rompvorm waarin de romp vele knikken heeft om een ronde vorm na te bootsen.
 
 
 
== Rondspant ==
 
Een rondspant heeft een ronde rompvorm zonder knikken, alleen het zwaard of kiel steekt loodrecht door de ronde romp.
 
 
 
== S-spant ==
 
Een s-spant heeft ook geen knikken met zwaard of kiel, daar loopt de rompvorm vloeiend over in de [[kiel]] of [[kielmidzwaard]].
 
 
 
== Zie ook ==
 
* [http://nl.wikipedia.org/wiki/Spantvorm Wikipedia over rompvormen]
 
 
 
[[categorie:zeilterm]]
 

Versie van 1 aug 2007 15:43

Een blok is een object waarmee de richting waarin een lijn loopt kan worden veranderd met minder weerstand dan een simpel oog. Het bestaat uit een of meerdere ronde schijven tussen platen. Die platen heten wangen. Soms heeft een blok een verdikt pinnetje onder de schijven om een lijn aan vast the knopen. Dit heet een hondsvot.

Er zijn vele soorten blokken:

  • enkelvoudig: 1 schijf tussen 2 wangen
  • dubbel: 2 schijven tussen 3 wangen
  • drievoudig: 3 schijven tussen 4 wangen
  • schildpadblok: een blok dat plat op een oppervlak (meestal het dek of een rondhout gemonteerd kan worden
  • vioolblok: twee schijven in hetzelfde vlak tussen 2 wangen. Voor een grootschoot of bulletalie gebruik je altijd een vioolblok.
  • klapblok: een enkelvoudig blok waarvan een van de wangen open kan klappen. Dit is handig voor barberhaulers van de spinnaker.
  • hakblok: Een blok met een uitsteeksel. Op dit uitsteeksel kan met een Enkhuizer slag een lijn worden belegd. De Ebenhaezer heeft een hakblok voor de fokkeschoot.
  • organizer: een aantal schijven in een vlak die plat gemonteerd kunnen worden. In wezen een meervoudig schilpadblok. Meestal wordt deze gebruikt om de vallen netjes naar achter te geleiden.
  • ratelblok: een blok dat in 1 richting blokkeerd. Je zou een lier ook een ratelblok kunnen noemen, maar meestal ziet het uit als een enkelvoudig blok. Dit wordt wel gebruikt om het trimmen van de fok lichter werk te maken.

De weerstand die een lijn ondervindt wanneer die door een blok loopt, is de soms van de vervorming van de lijn en de wrijving van de schijf. Een lijn die door een blok loopt is recht wanneer die aankomt, heeft op de schijf de kromtestraal van de schijf plus de helft van de dikte van de lijn en is weer recht wanneer die het blok verlaat. Onafhankelijk van de hoek waarover de looprichting van de lijn wordt afgebogen door het blok, moet de lijn dus evenveel vervormen. De vervorming is omgekeerd evenredig met de straal van de schijf plus de halve lijndikte. De vervormingsweerstand is bij benadering:<math>F_v=\frac{c_1 R_l^2}{R_s} </math> waar <math>c_1</math> een coefficient is die van de lijn afhangt, <math>R_l</math> is de straal van de lijn en <math>R_s</math> is de straal van de schijf. Je ziet dat de dikte van de lijn nogal veel uitmaakt. Een dunnere lijn gaat veel soepeler.

De wrijving van de schijf is evenredig aan de sinus van de helft van de hoek, de kracht en de wrijvingscoefficient. De wrijvingscoefficient is te verkleinen door de lagers van het blok te verbeteren. Een gekogellagerd blok zal minder wrijving hebben dan een blok met alleen glijlagers.