Handleiding zeilen Jaffa: verschil tussen versies

Uit EurosWiki
(Nieuwe pagina aangemaakt met 'Omdat er met het nieuwe tuig een aantal wijzigingen zijn gekomen in de procedures bij het zeilen hijsen/strijken/reven en om ergens een centraal punt te hebben waar de...')
 
Regel 9: Regel 9:
  
 
=== Grootzeil hijsen ===
 
=== Grootzeil hijsen ===
Kies een koers waarbij het grootzeil niet tegen de stagen geblazen wordt (halvewinds of hoger dus). Haal de bindlijntjes los. Vier de grootschoot en de neerhouder. Hijs het grootzeil aan de val bij de mast en haal deze door op het kajuitdak. Let erop dat de smeerrepen genoeg speling hebben en niet ergens blijven haken. Hijs het grootzeil tot bovenaan, of bij een rif tot de betreffende markering door de valstopper bij de lier is (1 streep voor het eerste rif en 2 strepen voor het tweede rif). Lieren kan, maar is meestal niet nodig. Haak de cunningham in en trek hiermee het voorlijk op de gewenste spanning. Trim de grootschoot en evt de neerhouder.
+
Kies een koers waarbij het grootzeil niet tegen de stagen geblazen wordt (halvewinds of hoger dus). Haal de bindlijntjes los. Vier de grootschoot en de neerhouder. Hijs het grootzeil aan de val bij de mast en haal deze door op het kajuitdak. Let erop dat de smeerrepen genoeg speling hebben en niet ergens blijven haken. Hijs het grootzeil tot bovenaan, of bij een rif tot de betreffende markering door de valstopper bij de lier is (1 streep voor het eerste rif en 2 strepen voor het tweede rif, 3 strepen voor het derde rif). Lieren kan, maar is meestal niet nodig. Haak de cunningham in en trek hiermee het voorlijk op de gewenste spanning. Trim de grootschoot en evt de neerhouder en kies de gewenste koers.
 +
 
 +
=== Grootzeil reven ===
 +
Kies een koers waarbij het grootzeil niet tegen de stagen geblazen wordt (halvewinds of hoger dus). Vier de cunningham een flink stuk (hierbij moet de persoon bij de mast even meehelpen) en klik deze uit. Vier de grootschoot en de neerhouder (hierdoor tilt de gasveer in de ophouder de giek op waardoor je deze niet op hoeft te hijsen met de smeerreep). Vier de val tot de juiste markering bij de lier uit de valstopper steekt (1 streep voor het eerste rif en 2 strepen voor het tweede rif, 3 strepen voor het derde rif) en doe hierna de valstopper weer dicht. Haak de cunningham in het juiste reefoog. Trek de losse zeilflappen naar bakboord en trek de smeerreep aan. Als er geen zeilflappen tussen de smeerreep en de giek zitten en de ophouder de giek goed omhoog duwt kan de smeerreep is het meestal mogelijk om de smeerreep zonder lieren strak te trekken. Als het laatste stukje moeizaam gaat kan de man bij de mast helpen door te strietsen of kan de lier gebruikt worden. De hoek van het rif hoeft zeker niet strak op de giek te zitten voor een goed resultaat. 10-20 cm erboven werkt ook prima.
 +
Trek het voorlijk op de gewenste spanning met de cunningham. Trim de grootschoot en evt de neerhouder en kies de gewenste koers. Trek de elastieken van het rif om het zeil en de giek.
 +
 
 +
=== Grootzeil ontreven ===
 +
Haal de elastieken van het rif los. Kies een koers waarbij het grootzeil niet tegen de stagen geblazen wordt (halvewinds of hoger dus). Vier het grootzeil uit zodat het kilt. Vier de cunningham een flink stuk (hierbij moet de persoon bij de mast even meehelpen) en klik deze uit. Vier de smeerreep. Hijs de val door tot de gewenste hoogte (bovenin of tot 1 van de rifmarkeringen). Als er een ander rif gezet wordt waarvan de smeerreep nog niet aangetrokken is moeten de zeilflappen naar bakboord gehaald worden en de smeerreep aangetrokken zoals hierboven beschreven. Haak de cunningham in het juiste oog en trim hiermee het voorlijk naar wens. Trim de grootschoot en evt de neerhouder en kies de gewenste koers. Indien nodig trek de elastieken van het rif om het zeil en de giek.
  
 
=== Grootzeil opbergen ===
 
=== Grootzeil opbergen ===
Regel 15: Regel 22:
 
Als er nog reven in zitten haal dan de elastieken los en vier de smeerrepen. Haal de cunningham los bij het reefoog.
 
Als er nog reven in zitten haal dan de elastieken los en vier de smeerrepen. Haal de cunningham los bij het reefoog.
 
Bij het grootzeil opdoeken moet er iemand bij de mast staan die tussen de leuvers het doek om en om naar bakboord en stuurboord trekt. Achteraan staan dan 1 of 2 mensen die deze plooien doortrekken bij het achterlijk en zo het zeil over de giek heen zigzaggen. Zorg ook dat de smeerrepen goed onder de bindlijntjes zitten zodat deze niet in de kuip hangen.
 
Bij het grootzeil opdoeken moet er iemand bij de mast staan die tussen de leuvers het doek om en om naar bakboord en stuurboord trekt. Achteraan staan dan 1 of 2 mensen die deze plooien doortrekken bij het achterlijk en zo het zeil over de giek heen zigzaggen. Zorg ook dat de smeerrepen goed onder de bindlijntjes zitten zodat deze niet in de kuip hangen.
 
  
 
== Fokken ==
 
== Fokken ==
  
 
+
=== Fokken aanslaan ===
 
 
=== Fokken opbergen ===
 
 
De fokken zitten in de 'bodybags', de langwerpige gele zakken. Deze zijn als volgt herkenbaar:
 
De fokken zitten in de 'bodybags', de langwerpige gele zakken. Deze zijn als volgt herkenbaar:
 
* Genua: Gele bodybag zonder markeringen.
 
* Genua: Gele bodybag zonder markeringen.
Regel 27: Regel 31:
 
* Werkfok: Gele bodybag met 4 strepen.
 
* Werkfok: Gele bodybag met 4 strepen.
 
* Genua 4 (oud zeil, optioneel): zwarte bodybag.
 
* Genua 4 (oud zeil, optioneel): zwarte bodybag.
* Stormfok: zit als enige in een gewone zeilzak. Deze bevind zich meestal helemaal voorin de punt achter het schot daar, boven het aanvaringsvak.
+
* Stormfok: zit als enige in een gewone zeilzak. Deze bevind zich meestal helemaal voorin de punt achter het schot daar, boven het aanvaringsvak en heeft zijn eigen schoten vastgeknoopt. Daarnaast heeft de stormfok dyneema leuvers om het zeil te bevestigen als de tuffluff stuk gaat of als extra bevestiging als het heel hard waait.
  
 +
Scheer de fokkeschoten in. Bij de fokken is dit van voor naar achter: door het blok op het voorste railtje, binnen de verstaging door, door het blok op de grote genuarail (optioneel), onder de looplijn door naar het blok op de dekrand en vervolgens onder de looplijn door naar de schootlier. Bij de genua is dit het zelfde alleen wordt het blok op het voorste railtje niet gebruikt en loopt de schoot buiten de verstaging om. Helaas moet je dus om te wisselen tussen de genua en een andere fok of andersom de schoten in hun geheel uitscheren en opnieuw inscheren.
 +
De juiste plek voor de genuakarren weet ik zo even niet. De karretjes op de korte railtjes moeten voor de HA op het laatste gaatje staan en voor de werkfok en de stormfok halverwege.
 +
Rits de zeilzak een stukje open en haak de karabijn in het stangetje op het boegbeslag (de fok is dan geborgd en kan niet meer geheel overboord raken). Let hierbij op dat het niet gedraaid zit. De open kant van de karabijn moet naar voren wijzen. Bevestig de fokkeschoten aan de schoothoek. Let hierbij op dat de schoten niet om elkaar heen gedraaid zitten. Maak de genuaval vast aan de tophoek. Haal de tophoek van de fok door de prefeeder (geleider met de rollertjes) en dan via de feeder (RVS geleider op het uiteinde van het tuffluff) in de tuffluff. Trek de genuaval strak zodat het zeil niet meer uit de tuffluff kan glijden.
 +
Doe het elastiek in het gangboord om het zeil heen zodat het netjes blijft liggen.
 +
 +
=== Fokken hijsen ===
 +
 +
 +
=== Fokken opbergen ===
 
De fokken dienen bij het opdoeken parallel aan het voorlijk opgevouwen te worden. Dit zodat het voorlijk allemaal bij de voorstag ligt bij het hijsen, waardoor het hijsen veel soepeler gaat. Helaas is dit niet de meest intuitieve manier van opvouwen. Er zijn twee belangrijke trucs om het goed te laten gaan: de persoon die bij het voorlijk opdoekt moet het voorlijk goed naar zich toe trekken, en de persoon die bij het achterlijk opdoekt moet de eerste vouw(en) niet in het '''achter'''lijk leggen maar in het '''onder'''lijk.
 
De fokken dienen bij het opdoeken parallel aan het voorlijk opgevouwen te worden. Dit zodat het voorlijk allemaal bij de voorstag ligt bij het hijsen, waardoor het hijsen veel soepeler gaat. Helaas is dit niet de meest intuitieve manier van opvouwen. Er zijn twee belangrijke trucs om het goed te laten gaan: de persoon die bij het voorlijk opdoekt moet het voorlijk goed naar zich toe trekken, en de persoon die bij het achterlijk opdoekt moet de eerste vouw(en) niet in het '''achter'''lijk leggen maar in het '''onder'''lijk.
 
Probeer bij het opdoeken geen strakke/scherpe vouwen te maken. Dat is niet zo goed voor het doek. Probeer ook het doek niet steeds op dezelfde plekken te vouwen.
 
Probeer bij het opdoeken geen strakke/scherpe vouwen te maken. Dat is niet zo goed voor het doek. Probeer ook het doek niet steeds op dezelfde plekken te vouwen.

Versie van 25 okt 2011 21:04

Omdat er met het nieuwe tuig een aantal wijzigingen zijn gekomen in de procedures bij het zeilen hijsen/strijken/reven en om ergens een centraal punt te hebben waar deze staan beschreven zodat iedereen ze eens rustig kan bekijken volgen hier een aantal standaardprocedures. Dit is een eerste opzet, dus pas vooral dingen aan en geef feedback op de overlegpagina.

Grootzeil

Grootzeil aanslaan

Verwijder de huik. Het grootzeil zit al aan de mast en de giek en heeft dus weinig voorbereiding nodig. Haal de val van de achterkant en bevestig deze aan de tophoek. Let erop dat de sluiting netjes parallel aan de tophoek staat, en dus niet onder een hoek. Als er voor het hijsen een rif gezet wordt moeten de bindlijntjes losgemaakt worden en de plooien aan bakboord van de giek afgeschoven. Breng de cunningham aan bij het juiste reefoog en trek de smeerreep aan. Let er op dat er geen plooien van het zeil tussen de smeerreep en de giek zitten. Deze moeten allemaal naar bakboord. Trek nu de elastieken van het rif om het zeil en de giek heen. Maak de grootschoot en de overloop klaar voor gebruik.

Grootzeil hijsen

Kies een koers waarbij het grootzeil niet tegen de stagen geblazen wordt (halvewinds of hoger dus). Haal de bindlijntjes los. Vier de grootschoot en de neerhouder. Hijs het grootzeil aan de val bij de mast en haal deze door op het kajuitdak. Let erop dat de smeerrepen genoeg speling hebben en niet ergens blijven haken. Hijs het grootzeil tot bovenaan, of bij een rif tot de betreffende markering door de valstopper bij de lier is (1 streep voor het eerste rif en 2 strepen voor het tweede rif, 3 strepen voor het derde rif). Lieren kan, maar is meestal niet nodig. Haak de cunningham in en trek hiermee het voorlijk op de gewenste spanning. Trim de grootschoot en evt de neerhouder en kies de gewenste koers.

Grootzeil reven

Kies een koers waarbij het grootzeil niet tegen de stagen geblazen wordt (halvewinds of hoger dus). Vier de cunningham een flink stuk (hierbij moet de persoon bij de mast even meehelpen) en klik deze uit. Vier de grootschoot en de neerhouder (hierdoor tilt de gasveer in de ophouder de giek op waardoor je deze niet op hoeft te hijsen met de smeerreep). Vier de val tot de juiste markering bij de lier uit de valstopper steekt (1 streep voor het eerste rif en 2 strepen voor het tweede rif, 3 strepen voor het derde rif) en doe hierna de valstopper weer dicht. Haak de cunningham in het juiste reefoog. Trek de losse zeilflappen naar bakboord en trek de smeerreep aan. Als er geen zeilflappen tussen de smeerreep en de giek zitten en de ophouder de giek goed omhoog duwt kan de smeerreep is het meestal mogelijk om de smeerreep zonder lieren strak te trekken. Als het laatste stukje moeizaam gaat kan de man bij de mast helpen door te strietsen of kan de lier gebruikt worden. De hoek van het rif hoeft zeker niet strak op de giek te zitten voor een goed resultaat. 10-20 cm erboven werkt ook prima. Trek het voorlijk op de gewenste spanning met de cunningham. Trim de grootschoot en evt de neerhouder en kies de gewenste koers. Trek de elastieken van het rif om het zeil en de giek.

Grootzeil ontreven

Haal de elastieken van het rif los. Kies een koers waarbij het grootzeil niet tegen de stagen geblazen wordt (halvewinds of hoger dus). Vier het grootzeil uit zodat het kilt. Vier de cunningham een flink stuk (hierbij moet de persoon bij de mast even meehelpen) en klik deze uit. Vier de smeerreep. Hijs de val door tot de gewenste hoogte (bovenin of tot 1 van de rifmarkeringen). Als er een ander rif gezet wordt waarvan de smeerreep nog niet aangetrokken is moeten de zeilflappen naar bakboord gehaald worden en de smeerreep aangetrokken zoals hierboven beschreven. Haak de cunningham in het juiste oog en trim hiermee het voorlijk naar wens. Trim de grootschoot en evt de neerhouder en kies de gewenste koers. Indien nodig trek de elastieken van het rif om het zeil en de giek.

Grootzeil opbergen

Zet de grootval op het oogje achterop de giek. Deze fungeert nu als bindlijn en zorgt ervoor dat de giek niet inzakt als je erop leunt. Als er nog reven in zitten haal dan de elastieken los en vier de smeerrepen. Haal de cunningham los bij het reefoog. Bij het grootzeil opdoeken moet er iemand bij de mast staan die tussen de leuvers het doek om en om naar bakboord en stuurboord trekt. Achteraan staan dan 1 of 2 mensen die deze plooien doortrekken bij het achterlijk en zo het zeil over de giek heen zigzaggen. Zorg ook dat de smeerrepen goed onder de bindlijntjes zitten zodat deze niet in de kuip hangen.

Fokken

Fokken aanslaan

De fokken zitten in de 'bodybags', de langwerpige gele zakken. Deze zijn als volgt herkenbaar:

  • Genua: Gele bodybag zonder markeringen.
  • High Aspect: Gele bodybag met 3 strepen.
  • Werkfok: Gele bodybag met 4 strepen.
  • Genua 4 (oud zeil, optioneel): zwarte bodybag.
  • Stormfok: zit als enige in een gewone zeilzak. Deze bevind zich meestal helemaal voorin de punt achter het schot daar, boven het aanvaringsvak en heeft zijn eigen schoten vastgeknoopt. Daarnaast heeft de stormfok dyneema leuvers om het zeil te bevestigen als de tuffluff stuk gaat of als extra bevestiging als het heel hard waait.

Scheer de fokkeschoten in. Bij de fokken is dit van voor naar achter: door het blok op het voorste railtje, binnen de verstaging door, door het blok op de grote genuarail (optioneel), onder de looplijn door naar het blok op de dekrand en vervolgens onder de looplijn door naar de schootlier. Bij de genua is dit het zelfde alleen wordt het blok op het voorste railtje niet gebruikt en loopt de schoot buiten de verstaging om. Helaas moet je dus om te wisselen tussen de genua en een andere fok of andersom de schoten in hun geheel uitscheren en opnieuw inscheren. De juiste plek voor de genuakarren weet ik zo even niet. De karretjes op de korte railtjes moeten voor de HA op het laatste gaatje staan en voor de werkfok en de stormfok halverwege. Rits de zeilzak een stukje open en haak de karabijn in het stangetje op het boegbeslag (de fok is dan geborgd en kan niet meer geheel overboord raken). Let hierbij op dat het niet gedraaid zit. De open kant van de karabijn moet naar voren wijzen. Bevestig de fokkeschoten aan de schoothoek. Let hierbij op dat de schoten niet om elkaar heen gedraaid zitten. Maak de genuaval vast aan de tophoek. Haal de tophoek van de fok door de prefeeder (geleider met de rollertjes) en dan via de feeder (RVS geleider op het uiteinde van het tuffluff) in de tuffluff. Trek de genuaval strak zodat het zeil niet meer uit de tuffluff kan glijden. Doe het elastiek in het gangboord om het zeil heen zodat het netjes blijft liggen.

Fokken hijsen

Fokken opbergen

De fokken dienen bij het opdoeken parallel aan het voorlijk opgevouwen te worden. Dit zodat het voorlijk allemaal bij de voorstag ligt bij het hijsen, waardoor het hijsen veel soepeler gaat. Helaas is dit niet de meest intuitieve manier van opvouwen. Er zijn twee belangrijke trucs om het goed te laten gaan: de persoon die bij het voorlijk opdoekt moet het voorlijk goed naar zich toe trekken, en de persoon die bij het achterlijk opdoekt moet de eerste vouw(en) niet in het achterlijk leggen maar in het onderlijk. Probeer bij het opdoeken geen strakke/scherpe vouwen te maken. Dat is niet zo goed voor het doek. Probeer ook het doek niet steeds op dezelfde plekken te vouwen. Bij het opbergen in de zak dient het voorlijk te zitten bij de kant waar de rits open gaat. Op die manier kan bij het aanslaan van de fok eerst de halshoek worden aangeslagen voordat de hele zak wordt opengeritst.

Spinnaker

Spinnaker opbergen

Volg vanuit een van de schoothoeken het gekleurde lijk naar de tophoek. Zorg ervoor dat eventuele draaien eruit gehaald worden waardoor je in een keer vanuit de schoothoek naar de tophoek kan gaan over het lijk zonder andere lijken tegen te komen. Leg dan de tophoek tegen de schoothoek aan met dezelfde kleuren lijk bij elkaar. Doe hetzelfde nu bij de andere schoothoek. Er zitten nu geen draaien meer in de spi waardoor je niet meteen een spi met een zandloper hijst. Prop de spi in de zak terwijl je de hoeken bij elkaar houdt. Doe als laatste de hoeken in de zak en bind ze bij elkaar of bevestig ze alle 3 los met de 3 daarvoor bedoelde klittebandjes. Let er weer op dat je geen draaien veroorzaakt.