Kluslijst laser 2 06-07 en Navigatieverlichting: verschil tussen pagina's

Uit EurosWiki
(Verschil tussen pagina's)
 
 
Regel 1: Regel 1:
Nu kluslijst 08/09
+
Om ook 's nachts te mogen varen moet een schip voorzien zijn van '''navigatieverlichting'''. Aangezien 's nachts niet zomaar ineens de vaarregels anders zijn dan overdag is het handig als je aan de verlichting kunt zien met wat voor schepen je om je heen te maken hebt, daarom hebben verschillende typen schepen verschillende combinaties van navigatie-lichten.
  
=Masten=
+
De verschillende typen navigatieverlichting kun je grofweg onderverdelen in ''sectorlichten'' en ''rondomlichten''. De sectorlichten zijn alleen zichtbaar als je een bepaalde koers vaart ten opzichte van het verlichte schip, de rondomlichten kun je vanuit alle richtingen zien.
* Nakijken uiteindes staaldraden en vervangen vulcaniserend tape
 
* Verstaging controleren
 
* Nakijken vallen en waar nodig inkorten en takelen
 
* Fokkeval loshalen uit mast zonder mastvoet en daarna mastvoet weer terugplaatsen
 
* Controleren of er tenminste 4 goede (goed vertraagde) neerhouders zijn
 
* Controleren of masttoppen recht zijn, anders weer rechtbuigen.
 
  
=Gieken=
+
== Soorten navigatieverlichting ==
* Spiboomhouders controleren/aanvullen
+
[[Afbeelding:Sectorlichten.png|right]] De nu volgende definities komen letterlijk uit het [[BPR]], artikel 3.01a. Voor de eenvoud heb ik de aanduidingen voor helderheid van lichten weggelaten.
* Alle gieken een cunningham geven
 
* Onderlijkstrekker oogjes metaal vervangen door plastic - Dan wel plastic met een metalen binnenoogje toch??? P.N.
 
  
=Spibomen=
+
* '''toplicht''': wit licht dat schijnt over een boog van de horizon van 225° en wel aan elke zijde van het schip van recht vooruit tot 22°30' achterlijker dan dwars en dat uitsluitend over deze boog zichtbaar is
* Bekken controleren, evt demonteren en schoonmaken.
+
* '''boordlichten''': groen licht aan stuurboordszijde en rood licht aan bakboordszijde die elk schijnen over een boog van de horizon van 112°30' en wel elk aan zijn zijde van het schip van recht vooruit tot 22°30' achterlijker dan dwars en die uitsluitend over deze boog zichtbaar zijn
* Touwtjes controleren en vervangen wanneer nodig.
+
* '''heklicht''': wit licht dat schijnt over een boog van de horizon van 135° en wel aan elke zijde van het schip over 67°30' van recht achteruit en dat uitsluitend over deze boog zichtbaar is
 +
* '''rondom zichtbaar licht''': een licht dat schijnt over een boog van 360° en dat over deze boog zichtbaar is
 +
onder ''''sleeplicht''' wordt verstaan een geel licht dat ononderbroken schijnt over een boog van de horizon van 360 graden.
 +
onder ''''schitterlicht''' wordt verstaan een licht dat schitterd met regelmatige tussenpozen met een frequentie van 120 schitteringen of meer per minuut.
  
=Rompen=
+
== Alle motorschepen ==
* Elastieken controleren/vervangen wanneer nodig
+
De standaardregel voor Alle motorschepen is:
* Klemmen/blokken controleren/vervangen wanneer nodig
+
* Een '''toplicht''' op het voorschip
* Boegen repareren waar nodig
+
* '''Boordlichten''' op gelijke hoogte loodrecht op de lengteas van het schip
* Voorkant Triska reparen
+
* Een '''heklicht''' op het achterschip
* Krassen vullen met gelcoat en schuren
+
* Als alternatief mogen de boordlichten gecombineerd worden in 1 lantaarn, mits het toplicht 1m hoger opgehangen wordt.
* Daarna commandanten en waxen
 
* Zwaarden nakijken/repareren! Grote klus, hier moet even over nagedacht worden. Meerdere zwaarden zijn brak en moeten goed gerepareerd worden. Weer helemaal met draadeind dicht epoxyen?
 
* Roeren nakijken/repareren
 
* Zwaardkasten onderaan achterkant repareren met epoxy bij alle boten
 
* Nieuw tapijt in zwaardkasten waar nodig
 
* Laatste beetjes water eruit halen
 
* Controleren waterdichtheid
 
* Antisliptape aanbrengen op gangboorden waar nodig
 
  
=Zeilen=
+
Vaak wordt er bij Euros gedacht dat alleen een wit schijnend '''rondomlicht''' voor boten tot 7 meter ook voldoende is. Dit is echter niet waar. Het BPR (artikel 3.13) maakt hier slechts een uitzondering voor kleine ''open'' motorboten. De [[Waterrat]]ten vallen hier zeker niet onder en hun huidige verlichting voldoet bij het varen op de motor dus niet aan de regels. Volgens de brugwachter van de Noorder Oudeweg is [[Jonkie]] wel een open boot, dus daar zou het voldoende kunnen zijn.
* Alle grootzeilen latten compleet maken en borgen
 
* Zorgen dat alle grootzeilen een onderlijkstrekker in goede staat hebben
 
* Alle grootzeilen een telltale in het achterlijk bij de bovenste en middelste zeillat geven
 
* Alle fokken 2 telltales geven bij het raampje
 
* Alle fokken een harpje in de halshoek geven (LVB fokken gedraaid harpje, Laser fokken gewoon harpje)
 
  
=Wetsuits=
+
== Kleine zeilschepen ==
* Nakijken en sorteren; welke zijn goed, welke moeten reparaties en welke zijn total loss?
+
Een zeilschip is in eerste instantie te onderscheiden van een motorschip door het ontbreken van een toplicht.
* Is er behoefte aan nieuwe? Zo ja, welke maten. Uitzoeken of er ergens goedkoop aan wetsuits gekomen kan worden.  
+
Bij een klein zeilschip zijn de lichten verder redelijk gelijk aan die van een klein motorschip. Hier geldt zelfs dat de boordlichten en het heklicht samen in 1 lantaarn ondergebracht mogen worden die bovenin de mast wordt geplaatst.
  
=Zwemvesten=
+
Ook geld dat op kleine zeilschepen van minder dan 7 meter (dat zijn dus alle euros-bootjes op de [[Ebenhaëzer]] en [[Jaffa]] na) een wit rondomlicht voldoende is. Het BPR vermeldt hier wel bij dat bij het naderen van een ander schip met een ander licht (b.v. een zaklamp) in het zeil moet worden geschenen om de aandacht te trekken.
* Nakijken, zijn er reparaties nodig?
 
  
=Trapezevesten=
+
== Grote schepen ==
* Nakijken en repareren.
+
* Een '''toplicht''' op het voorschip
 +
* '''Boordlichten''' niet meer dan 1m binnen het schip
 +
* Een '''heklicht''' op het achterschip
  
[[categorie:kluswiki]]
+
Als het tevens een snel schip betreft komt hier nog bij:
 +
* twee gele knipperende '''rondomlichten''' verticaal boven elkaar met 1m afstand ertussen
 +
 
 +
Als het een groot zeilend schip betreft (zoals de [[Ebenhaëzer]]) komt het toplicht te vervallen en voert het schip in plaats hiervan:
 +
* [[Rood boven groen]]: twee verticaal boven elkaar staande '''rondomlichten''' met 1m afstand ertussen bovenin de mast
 +
 
 +
== Oefenen ==
 +
Op het [[interne deel]] van de Euros site kan je een oefenprogramma vinden voor het herkennen van lichten op zee. Als je nog niet goed het verschil weet tussen een mijnenveger en een kerstboom, dan biedt dit programma mogelijk uitkomst.
 +
 
 +
== Geraadpleegde bronnen ==
 +
* [http://wetten.overheid.nl/cgi-bin/deeplink/law1/title=Binnenvaartpolitiereglement Binnenvaartpolitiereglement], hoofdstuk 3 (o.a. Artikel 3.01a. Begripsbepalingen)
 +
 
 +
[[categorie:navigatie]][[categorie:bootonderdeel]]

Huidige versie van 13 sep 2010 om 19:45

Om ook 's nachts te mogen varen moet een schip voorzien zijn van navigatieverlichting. Aangezien 's nachts niet zomaar ineens de vaarregels anders zijn dan overdag is het handig als je aan de verlichting kunt zien met wat voor schepen je om je heen te maken hebt, daarom hebben verschillende typen schepen verschillende combinaties van navigatie-lichten.

De verschillende typen navigatieverlichting kun je grofweg onderverdelen in sectorlichten en rondomlichten. De sectorlichten zijn alleen zichtbaar als je een bepaalde koers vaart ten opzichte van het verlichte schip, de rondomlichten kun je vanuit alle richtingen zien.

Soorten navigatieverlichting

Sectorlichten.png

De nu volgende definities komen letterlijk uit het BPR, artikel 3.01a. Voor de eenvoud heb ik de aanduidingen voor helderheid van lichten weggelaten.

  • toplicht: wit licht dat schijnt over een boog van de horizon van 225° en wel aan elke zijde van het schip van recht vooruit tot 22°30' achterlijker dan dwars en dat uitsluitend over deze boog zichtbaar is
  • boordlichten: groen licht aan stuurboordszijde en rood licht aan bakboordszijde die elk schijnen over een boog van de horizon van 112°30' en wel elk aan zijn zijde van het schip van recht vooruit tot 22°30' achterlijker dan dwars en die uitsluitend over deze boog zichtbaar zijn
  • heklicht: wit licht dat schijnt over een boog van de horizon van 135° en wel aan elke zijde van het schip over 67°30' van recht achteruit en dat uitsluitend over deze boog zichtbaar is
  • rondom zichtbaar licht: een licht dat schijnt over een boog van 360° en dat over deze boog zichtbaar is

onder 'sleeplicht wordt verstaan een geel licht dat ononderbroken schijnt over een boog van de horizon van 360 graden. onder 'schitterlicht wordt verstaan een licht dat schitterd met regelmatige tussenpozen met een frequentie van 120 schitteringen of meer per minuut.

Alle motorschepen

De standaardregel voor Alle motorschepen is:

  • Een toplicht op het voorschip
  • Boordlichten op gelijke hoogte loodrecht op de lengteas van het schip
  • Een heklicht op het achterschip
  • Als alternatief mogen de boordlichten gecombineerd worden in 1 lantaarn, mits het toplicht 1m hoger opgehangen wordt.

Vaak wordt er bij Euros gedacht dat alleen een wit schijnend rondomlicht voor boten tot 7 meter ook voldoende is. Dit is echter niet waar. Het BPR (artikel 3.13) maakt hier slechts een uitzondering voor kleine open motorboten. De Waterratten vallen hier zeker niet onder en hun huidige verlichting voldoet bij het varen op de motor dus niet aan de regels. Volgens de brugwachter van de Noorder Oudeweg is Jonkie wel een open boot, dus daar zou het voldoende kunnen zijn.

Kleine zeilschepen

Een zeilschip is in eerste instantie te onderscheiden van een motorschip door het ontbreken van een toplicht. Bij een klein zeilschip zijn de lichten verder redelijk gelijk aan die van een klein motorschip. Hier geldt zelfs dat de boordlichten en het heklicht samen in 1 lantaarn ondergebracht mogen worden die bovenin de mast wordt geplaatst.

Ook geld dat op kleine zeilschepen van minder dan 7 meter (dat zijn dus alle euros-bootjes op de Ebenhaëzer en Jaffa na) een wit rondomlicht voldoende is. Het BPR vermeldt hier wel bij dat bij het naderen van een ander schip met een ander licht (b.v. een zaklamp) in het zeil moet worden geschenen om de aandacht te trekken.

Grote schepen

  • Een toplicht op het voorschip
  • Boordlichten niet meer dan 1m binnen het schip
  • Een heklicht op het achterschip

Als het tevens een snel schip betreft komt hier nog bij:

  • twee gele knipperende rondomlichten verticaal boven elkaar met 1m afstand ertussen

Als het een groot zeilend schip betreft (zoals de Ebenhaëzer) komt het toplicht te vervallen en voert het schip in plaats hiervan:

  • Rood boven groen: twee verticaal boven elkaar staande rondomlichten met 1m afstand ertussen bovenin de mast

Oefenen

Op het interne deel van de Euros site kan je een oefenprogramma vinden voor het herkennen van lichten op zee. Als je nog niet goed het verschil weet tussen een mijnenveger en een kerstboom, dan biedt dit programma mogelijk uitkomst.

Geraadpleegde bronnen